maandag 27 november 2017

The Cowsills | On My Side

The Partridge Family kennen we, althans degenen van een zekere leeftijd, allemaal. Maar The Cowsills zijn alhier minder bekend. Toch zijn zij het origineel, en The Partridge Family de kopie. Billy en Bob Cowsill beginnen in 1965 op school in Newport, Rhode Island met het zingen van Beatles-liedjes. Daar komen later de broertjes Barry (bas) en John (drums) bij. In 1967 lukt het vader Bud zijn zoons - variërend in de leeftijd van 11 tot 19 jaar - onder te brengen bij MGM Records. En ook lukt het moeder Barbara zichzelf de band binnen te wringen, een weinig later gevolgd door broer Paul en de jongste, Susan. De eerste single van The Cowsills, ‘The Rain, the Park and Other Things’, gaat in Amerika maar liefst een miljoen keer over de toonbank, maar doet in Europa hetzelfde als alle volgende singles en lp’s: niets.
In Amerika zijn de jeugdige Cowsills enorm populair; hun singles en lp’s hits. Dergelijke aanstekelijke bubblegumpop verdient een tv-serie, zo vindt men. Maar als mams Barbara vervangen dreigt te worden door actrice Shirley Jones, trekt de Cowsill-familie zich terug uit het project - en wordt om Jones heen The Partridge Family gebouwd. In 1969 hebben The Cowsills hun grootste hit met hun versie van ‘Hair’, maar een jaar later zet vader Bud Billy uit de band omdat hij hem betrapt op het roken van een jointje. Kleintjes worden groot, zo ook The Cowsills. Bovendien is het niet bepaald cool om met je moeder in een band te zitten. Aldus wordt mams er voorzichtig uitgewerkt; in ieder geval verschijnt ze niet meer op de hoes van On My Side - buiten twijfel het beste Cowsill-album.
Zoals zo vaak het geval bij bands met broers en zussen, is ook de harmoniezang van The Cowsills voortreffelijk. De meerstemmige vocalen van Bob, Barry, John, Paul en Susan kleuren werkelijk prachtig bij elkaar; vergelijkbaar met Crosby, Stills, Nash & Young, echt waar. Ook muzikaal klinkt de band - bijgestaan door jeugdvriend en sessiegitarist Waddy Wachtel - op On My Side als een volwassen en volwaardige Westcoast-band met een heerlijk dromerige psychedelische twist. De plaat begint met ‘On My Side’, gelijk al gepeperd met een geweldige Wachtel-solo, en vervolgt dan met een festival van schitterende popliedjes: ‘Once There Was A Time’, ’If You Can’t Have It - Knock It’, ‘Can You Love?’, ’The Mystery of Life’ en ‘Heather Says’. Net even anders, maar evenzeer geweldig zijn ‘Contact Mae’, dat zomaar op Neil Youngs After the Goldrush had gepast, en het countryeske ‘Cheatin’ On Me’.
On My Side is dat prachtige album dat de bubblegum voorbij is en de diepte opzoekt van weemoed en muzikaal verlangen - kenmerkend voor de betere Westcoast-pop van de begin jaren zeventig. On My Side behoort tot die canon; The Cowsills verdienen dat. De platenmaatschappij denkt daar in 1972 echter anders over, want nog tijdens de opnamen van de opvolger van On My Side worden Bob, Barry, John, Paul en Susan aan de kant gezet en zijn The Cowsills over en uit, allerlei latere reünies ten spijt.

‘On My Side’ | ‘Once There Was A Time’ | ’If You Can’t Have It - Knock It’ | ‘Contact Mae’ | ‘Can You Love?’ | ‘The Mystery of Life’ | ‘Heather Says’ | ‘There Is A Child’ | ‘Dover Mine’ | ‘Cheatin’ On Me’ | ‘Down on the Farm’ | ‘Good Ole Rock & Roll Song’

zaterdag 25 november 2017

Susan Cowsill | Lighthouse

Bij verschijnen van Lighthouse in 2010 is het 43 jaar geleden dat ze als zangeres debuteerde bij The Cowsills, een popgroep bestaande uit louters broers en die grossierde in talloze bubblegum-hits. In de jaren negentig kwamen we haar, samen met haar toenmalige echtgenoot Peter Holsapple en Bangles-gitariste Vicki Peterson, tegen in The Continental Drifters. Susan Cowsill, over haar hebben we het, vestigde zich in New Orleans, Louisiana en het is deze stad en de ramp die zich daar voltrok die haar inspireerde tot Lighthouse. Cowsill verloor door Katrina niet alleen haar persoonlijke bezittingen, maar ook haar broer Barry, terwijl broer Billy bijna gelijktijdig in Canada overleed. Lighthouse is daardoor een album geworden dat is aangedreven door persoonlijke teksten en dat emotioneel diep gaat. Gedreven rockers en intense ballads, op een fundament van stekelige elektrische en rinkelende akoestische gitaren, Hammond, piano en strijkers; Susan Cowsill loodst ons langs een collectie schitterende americana-songs - met daartussen een cover van Jimmy Webbs/Glen Campbells ‘Galveston’. Lighthouse staat dan ook geheel in het teken van verdriet en verlies, maar bezingt tevens de liefde voor The Big Easy, zoals in ‘Onola': 

Oh New Orleans
You will always be my city
I will always be your daughter

Zonder overenthousiast te willen zijn, maar toch: Lighthouse is Susan Cowsills Car Wheels On A Gravel Road.

‘Dragon Flys’ | ‘Avenue of the Indians’ | ‘Sweet Bitter End’ | ‘You and Me Baby’ | ‘River of Love’ | ‘Could This Be Home’ | ‘Lighthouse’ | ‘The Way That It Goes’ | ‘’Onola’ | ‘Galveston’ | ‘Real Life’ | ‘Crescent City Sneaux’

maandag 20 november 2017

Leaf Hound | Growers Of Mushroom

Voor originele exemplaren van Growers Of Mushroom moeten astronomische bedragen neergeteld worden. Logisch als er in 1971 slechts 500 exemplaren geperst zijn. Op de releasedatum is Leaf Hound al een jaar ter ziele en heeft ook niet veel langer dan een jaar bestaan. Wel lang genoeg om in elf studio-uren een absoluut rockmonster te produceren. Het kwartet uit Zuid Londen zijn de ware meesters van de scheurende bluesrock met een psychedelische twist. Zanger Pete French bezit een ijzeren strot en zijn neef Mick Halls hanteert de elektrische gitaar als een bouwvakker een betonboor. In de heavy traditie van Free en Cream, al wordt Growers Of Mushroom vooral gezien als het bastaardneefje van Led Zeppelin II. Hoe dan ook, dit magistrale hardrockalbum is zijn reputatie meer dan waard; de aardeverschroeiende riffs – waarin niettemin akoestische gitaren helder opklinken – zijn een solide bodem voor de geile zang en de werkelijk hemelsplijtende gitaarsolo’s. Growers Of Mushroom is het meest onbekende hardrockmeesterwerk in de muziekhistorie. 

Freelance Fiend / Sad Road To The Sea / Drowned My Life In Fear / Work My Body / Stray / With A Minute To Go / Growers Of Mushroom / Stagnant Pool / Sawdust Caesar 

zondag 12 november 2017

Blue Guitars | While Away The Time 1990-1994

De Nederlandse rockmuziek beleeft in de begin jaren negentig hoogtijdagen. Na de Amsterdamse School van de jaren tachtig - Fatal Flowers, Claw Boys Claw, Blue Murder, The Landlords - komen er in het zog daarvan talloze bands op, die vooral het vaderlandse rockklimaat internationaliseren. De Nederlandse gitaarpop is dan met bands als Blue Guitars, Daryll-Ann, The Serenes, Indian Summer en The Prodigal Sons van een ongekend hoog niveau; zij verdienen alle een monument. Dat monument krijgt Blue Guitars nu met de machtige overzichtsplaat While Away The Time 1990-1994, niet voor niets vernoemd naar de debuutsingle die in 1989 op het fameuze Kelt-label verschijnt. 
De vier Deventenaren - Dick Dijkman (zang, gitaar), Bert Dijkman (gitaar), Erik van Loo (contrabas), Ben Heersping (drums) - brengen in 1991 hun eerste album uit, dat volgestouwd is met prachtige melancholieke en herfstige gitaarliedjes die enerzijds veel wonderlijke folkinvloeden etaleren maar anderzijds ook refereren aan R.E.M.’s Fables Of The/Reconstruction Of The (1985). Het is onnederlands goed. Het zelfgetitelde eerste album wordt een jaar later opgevolgd door Shellfish - al even sterk als het debuut - waarna in 1993 met een nieuwe drummer het curieuze Music From Heaven verschijnt - een soort van countryproject. Waterwings is in 1994 helaas Blue Guitars’ zwanenzang. 
Maar nu is daar, 23 jaar later, een fantastische vinylcompilatie waarop de favorieten, althans mijn favorieten, de revue nog eens passeren en om ons vooral op het hart te drukken hoe goed, intens en verfijnd de Blue Guitars in de jaren negentig waren. Luister maar naar parelende popsongs als ‘Summer Rain’, ‘Pearly White Day’ en ‘Quiet Boy’, met kristallijnen gitaarspel, en steeds van een onnadrukkelijke eenvoud. Of luister naar het wervelende gitaarcrescendo in ‘You Say It’s Cruel’. Of beter nog, luister naar Blue Guitars’ stroperig meanderende folky ballads met een hoog zwevend gehalte en een ingehouden, droeve spanning. Waarlijk schitterend zijn ‘Island In The Sky’, ‘Happy Accident’ en ‘A Good Year For The Lost’, en wat mij betreft de fraaiste, de meest weemoedige en doortrokken van een peilloos verlangen: ‘While The Time Away’.
Het gekleurde vinyl, op zich al prachtig, wordt ook nog eens vergezeld van een cd met daarop dezelfde nummers en meer nog: een cover van Bowies ‘What In The World’ van Low; en nog twee onlangs opgenomen songs, onder de naam Blauwe Gitaren en gezongen in de moerstaal. While Away The Time 1990-1994 is een schatkist vol lang verborgen muziek, die eenmaal geopend de luisteraar flonkerend en glinsterend tegemoet treedt. Verschijnt er dit jaar nog een mooiere compilatie? Ik dacht het niet.

‘While The Time Away’ | ‘Quiet Boy’ | ‘Island In The Sky’ | ‘When I'm In Velvet’ | ‘Pearly White Day’ | ‘Madelynn' | ‘A Good Year For The Lost’ | ‘Summer Rain’ | ‘A Fool Is A Star’ | ‘Happy Accident’ | ‘Waterwings' | ‘Fever Dreaming’ | ‘You Say It's Cruel’ | ‘Close Down’

Tevens gepubliceerd op platomania.nl en in een verkorte versie in Mania # 342.

vrijdag 10 november 2017

Missouri | Missouri

Zeker, Missouri is een southern rockband van het tweede garnituur. Maar desondanks generen de vier mannen in hun thuisstaat, Missouri dus, een aanstekelijk enthousiasme. Missouri ontstaat midden jaren zeventig in Kansas City, Missouri uit de resten van een lokaal sixtiesbandje. Ron West (zang, gitaar), Lane Turner (sologitaar), Alan Cohen (bas, zang) en Bill Larson (drums) spelen zich suf in en rondom Kansas City en St. Louis, wat tot een platencontract bij het piepkleine Panama Records leidt. De eerste single, ‘Movin’ On’, wordt via KSHE-radio lokaal een vette hit. Het is de wegbereider voor het zelfgetitelde debuutalbum Missouri.
Op Missouri laat de band zich gelden als een rockband ferm geworteld in de southern rock-traditie; de elektrische gitaar is de dominante factor. Hoewel de zang niet uitblinkt, zijn de harmonieën beslist melodieus en de incidentele toetsen - vooral in ‘Mystic Lady’ - sfeervol. De gitaar bepaalt echter de sound en bezorgt met zijn lekker lyrische solo’s in songs als ‘Movin’ On’, ‘I’m Still Tryin’, en ‘I Know It’s Love’ Missouri een lokale heldenstatus. De hoesafbeelding - de Gateway Arch temidden van het mythische Monument Valley - bevestigt nog eens het trotse karakter van een van Missouri’s beste jarenzeventigbands. Nation wide is er echter geen doorbraak, laat staan internationaal. Missouri blijft, ook na de opvolger Welcome Two Missouri, een lokale Midwestern band; een band uit het hart van de United States.

‘Movin’ On’ | ‘Got That Fever’ | ‘I’m Still Tryin’ | ‘You’re Alright’ | ‘Really Love You’ | ‘Hold Me’ | ‘I Know It’s Love’ | ‘Come On Move’ | ‘Goin Home’ | ‘Mystic Lady’